Verkondiging (preek) tijdens de Allerzielendienst op zondagmiddag:
Jij bevestigt dat ik besta Jij bent de vorm waarin ik leef Mijn wijze van doen
Jij geeft mij een gezicht Jij laat mij dromen Bij jou val ik in goede aarde
Beste mensen,
deze dichtregels klonken tijdens een huwelijksviering. Zó kan het voelen wanneer je van iemand houdt. Dan krijgen dromen een gezicht word je ontraadseld en valt alles op z’n plaats.
Maar het leven kan ook precies tegenovergesteld voelen. Dát merk je, wanneer je een ander verliest. Dan ben je de vorm kwijt, waarin je leven paste. Dan is het een raadsel hoe je verder moet, zonder die ander.
Velen van u weten wel hoe dát voelt, want je bent hier gekomen om te gedenken. Met de naam van een dierbare op de lippen of diep in je hart verborgen.
Voor de één ligt het afscheid pas achter je. Dan kan het nog zo onwerkelijk zijn: die lege plek, de stilte bij het thuiskomen, het spreken in de verleden tijd.
Voor een ander ligt het afscheid misschien al verder weg. Al is tijd heel betrekkelijk. Want ook het gemis van jaren geleden kan nog als de dag van gisteren voelen.
We zeggen dan tegen elkaar en tegen onszelf: “We moeten door, het leven gaat verder!” Maar soms is het goed om even stil te staan. Om tegen elkaar te zeggen: “Kom, je mag verdriet hebben, je mag je verhaal vertellen, hier kun je je pijn met anderen delen!”
In het Bijbelverhaal nam Jezus mensen mee, een berg op. Hij keek rond, hoorde hun verhalen aan. Hij zag het verdriet in de ogen die Hem aankeken, Hij voelde de pijn van mensen niet begrepen werden, Hij hoorde het zwijgen van mensen die alleen stonden. En tegen ieder die daar was sprak Hij: “Je bent een zalig mens!” Niet om wat je is overkomen,want God wil niet dat wij lijden of pijn hebben. Je bent een zalig mens, omdat jouw leven deel is van een groter geheel. Als je dat gaat zien, wordt alles anders.
Zalig jij die treurt, want jouw verdriet vertelt over liefde die pijn doet, over trouw die je kwetsbaar maakt, over leven met een ander gedeeld.
Zalig jij die zachtmoedig bent, want jij geeft God hoop, omdat je midden in deze harde wereld, je hart niet sluit. Zo legde Jezus het levensverhaal van mensen in het Grote Verhaal van God. Omdat ons leven méér is dan een ademtocht in de tijd. Omdat ieder mens deel uitmaakt van een groter geheel.
Je kunt het leven van je dierbare overledenen niet vatten in jaren, maar wel in liefde die gedeeld werd, in idealen die met je meegaan, in een voorbeeld dat je gaande houdt, in goede zorgen die je nog steeds dankbaar maken, in geloof dat je ontvangen hebt.
Zo wordt het ene leven, een deel van het andere. En kun je zelfs voorbij het afscheid blijven zeggen:
Jij bevestigt nog steeds dat ik besta Jij bent de vorm waarin ik leef Mijn wijze van doen
Jij geeft mij nog steeds een gezicht Jij laat mij dromen Bij jou val ik in goede aarde
Want wie wij zijn … vertelt over wie er in ons leven waren. En wie wij zúllen zijn, vertelt over Die Ene, Die er altijd is geweest, bij Wie ieder op zijn plaats valt.
Gij bevestigt dat wij bestaan Gij zijt de vorm waarin wij leven Onze wijze van doen
Gij geeft ons een gezicht Gij laat ons dromen Bij U, God, vallen wij allen in goede aarde
Amen!
|